Artikel 124 WVW: ongeldig verklaard rijbewijs, een vreemde eend in de bijt
In Nederland zijn er meerdere manieren waarop het rijbewijs van iemand ongeldig kan worden verklaard. Dit kan gebeuren door het Centraal Bureau Rijvaardigheden, oftewel het CBR, omdat u bijvoorbeeld het cursusgeld of opleggingskosten van de Educatieve Maatregel Alcohol niet heeft betaald, of omdat u niet geslaagd bent voor het onderzoek naar de rijvaardigheid of onderzoek naar de rijgeschiktheid. Ook kan het rijbewijs van rechtswege ongeldig worden verklaard in het kader van de recidiveregeling ex artikel 123b WVW. Maar wist u dat er in de wet nóg een mogelijkheid bestaat om uw rijbewijs ongeldig te verklaren?
Nee?
Lees dan snel hieronder welke mogelijkheid dit is en wat u hier tegen kunt doen. Gefinancierde rechtsbijstand kan worden aangevraagd!
Artikel 124 Wegenverkeerswet
Artikel 116, eerste lid, van de Wegenverkeerswet bepaalt dat een rijbewijs wordt afgegeven door de burgemeester van de gemeente waar de aanvrager op het tijdstip van de aanvraag als ingezetene was ingeschreven in de basisadministratie persoonsgegevens.
Op grond van artikel 119 van de WVW geeft degene die is belast met de afgifte van rijbewijzen een nieuw rijbewijs af:
- bij vernieuwing van het eerder aan de aanvrager afgegeven rijbewijs;
- bij wijziging van de omvang van de uit het eerder afgegeven rijbewijs voortvloeiende bevoegdheden, met uitzondering van de in artikel 131, tweede lid, onderdeel a, bedoelde schorsing van de geldigheid;
- bij wijziging van de personalia van de houder;
- na ongeldigverklaring van het eerder afgegeven rijbewijs op grond van artikel 124, eerste lid, onderdeel e, of 132b, tweede lid;
- in geval het eerder afgegeven rijbewijs versleten of geheel of ten dele onleesbaar is;
- in geval het eerder afgegeven rijbewijs verloren is geraakt of teniet is gegaan.
Artikel 123, eerste lid, aanhef en onder h, van de WVW 1994 bepaalt dat, onverminderd de artikelen 122 en 131, tweede lid, een rijbewijs zijn geldigheid verliest door aangifte van vermissing van het rijbewijs.
En op grond van artikel 124 van de Wegenverkeerswet wordt het rijbewijs ongeldig verklaard, indien het rijbewijs is afgegeven op grond van door de houder van het rijbewijs verschafte onjuiste gegevens en het rijbewijs niet zou zijn afgegeven indien de onjuistheid van die gegeven ten tijde van de aanvraag bekend zou zijn geweest.
Het besluit tot ongeldigverklaring van het rijbewijs wordt genomen door de burgemeester van de gemeente waar het rijbewijs is afgegeven en wordt kenbaar gemaakt aan de aanvrager. De bevoegdheid van de burgemeester tot ongeldigverklaring van het rijbewijs als er onjuiste informatie is verstrekt door de aanvrager van het rijbewijs betreft geen discretionaire bevoegdheid. Het gaat hier om een wetsartikel met een dwingendrechtelijk karakter, hetgeen betekent dat er niet van deze regel mag worden afgeweken. Indien wordt vastgesteld dat er onjuiste informatie is verstrekt bij het aanvragen van het rijbewijs en het rijbewijs ook daadwerkelijk is afgegeven omdat er onjuiste informatie is verstrekt, dan moet de burgemeester het rijbewijs ongeldig verklaren. Er is dan geen ruimte voor een belangenafweging.
Nu de ongeldigverklaring van het rijbewijs een besluit betreft van de burgemeester kan hiertegen, op grond van de Algemene Wet Bestuursrecht, binnen zes weken na dagtekening van het besluit bezwaar worden gemaakt. Het indienen van bezwaar tegen het besluit om het rijbewijs ongeldig te verklaren, schorst echter de werking van dat besluit niet. Dat betekent dat, ondanks het feit dat u bezwaar maakt, de ongeldigverklaring van uw rijbewijs gewoon doorgaat binnen de aangegeven termijn. Alleen door het maken van bezwaar voorkomt u de ongeldigverklaring dus niet. Daarvoor is een voorlopige voorziening nodig. Dit is een aparte procedure bij de rechtbank. Ondanks het feit dat er sprake is van dwingend recht, is de zaak niet per definitie verloren. Was er wel sprake van het verstrekken van onjuiste informatie en als deze al onjuist was, in hoeverre was de aanvrager hiervan op de hoogte?
Absoluut van belang dus om uw zaak te laten beoordelen door een gespecialiseerde verkeersstrafrechtadvocaat en dan bent u bij De Strafpleiters aan het juiste adres!
Voor het indienen van een bezwaarschrift, alsmede de voorlopige voorziening tegen de ongeldigverklaring van het rijbewijs op grond van artikel 124 WVW kan tevens gefinancierde rechtsbijstand worden aangevraagd, waardoor een deel van de advocaatkosten door de Staat wordt betaald. U bent dan hoogstens een eigen bijdrage verschuldigd. Dit in tegenstelling tot procedures tegen het CBR. Laat u dus goed informeren en neem direct contact met ons op!