GIJZELING WEGENS OPENSTAANDE BOETES CJIB

Bent u bang voor gijzeling vanwege openstaande boetes van het CJIB of is er al iemand gegijzeld? Dan staan de advocaten van De Strafpleiters, gevestigd in Rijen, voor u klaar! Niemand wil vastgehouden worden omdat hij of zij de CJIB-boetes niet kan betalen. Wij gaan daarom graag de strijd voor u aan om gijzeling vanwege openstaande boetes van het CJIB te voorkomen of voor u te beëindigen.

WAT HOUDT GIJZELING BIJ OPENSTAANDE BOETES VAN HET CJIB IN?

Bij het niet betalen van een aan u opgelegde CJIB-geldboete heeft de officier van justitie de mogelijkheid om bij de kantonrechter een verzoek in te dienen om u in gijzeling te nemen. Dit staat in art. 28 van de Wet Administratieve Handhaving Verkeersovertredingen (WAHV). Dit betekent dat u voor de openstaande boetes van het CJIB, de zogenoemde administratieve sancties, in hechtenis kan worden genomen. Dit is vooral bedoeld om u te dwingen alsnog de openstaande geldboete te betalen. Dit is echter het zwaarste dwangmiddel (ultimum remedium) en zal pas plaatsvinden nadat er een aantal andere opties geprobeerd zijn.

GIJZELING GEBEURT PAS NA EEN OFFICIËLE ROUTE

Het in hechtenis nemen van u als persoon mag pas plaatsvinden nadat er getracht is om de boete op diverse andere manieren te innen. Voordat een officier van justitie over kan gaan tot gijzeling moet hij namelijk proberen om op grond van art. 25, 26 of 27 WAHV verhaal te halen. Hierbij moet u denken aan beslaglegging op goederen, loon, uitkering of tegoeden van een bankrekening. Indien de boete dan nog niet wordt voldaan, zou de officier van justitie het rijbewijs in beslag kunnen nemen (art. 28a WAHV) of, indien aanwezig, een voertuig buiten gebruik kunnen stellen (art. 28b WAHV). Mocht dit nog niet leiden tot betaling van de openstaande geldboete van het CJIB, dan zal de officier van justitie een vordering indienen tot gijzeling (art. 28 WAHV). Dit alles kan wel pas 2 jaar nadat de openstaande geldboetes onherroepelijk zijn geworden.

DE OFFICIER VAN JUSTITIE DIENT EEN VORDERING TOT GIJZELING IN TE DIENEN

De officier van justitie mag niet zelf bepalen wanneer hij of zij overgaat tot gijzeling van een persoon. Hiervoor moet een vordering worden ingediend bij de kantonrechter. Voordat de kantonrechter beslist om een machtiging tot gijzeling af te geven vanwege openstaande boetes bij het CJIB, zal de kantonrechter u willen spreken. Wanneer dit gebeurt, ontvangt u een oproep om bij de kantonrechter te verschijnen. Het is belangrijk dat u ook daadwerkelijk op deze zitting aanwezig bent. Deze zitting biedt u namelijk de mogelijkheid om de kantonrechter uit te leggen waarom u de opgelegde geldboete door het CJIB niet heeft betaald. Een kantonrechter zal de vordering van de officier van justitie afwijzen, indien er bij u sprake is van betalingsonmacht in plaats van betalingsonwil. Dit houdt in dat u wel wilt betalen, maar dat u niet de mogelijkheid heeft tot betalen gelet op uw financiële situatie. Uiteraard moet u dit ter zitting wel goed onderbouwen en de advocaten van De Strafpleiters helpen u hier graag bij!

AANWEZIGHEID OP DE ZITTING IS ESSENTIEEL

Indien de kantonrechter de vordering tot gijzeling van de officier van justitie afwijst, krijgt u de mogelijkheid om alsnog de boete te betalen binnen een bepaalde periode, meestal is dat 1 jaar. U hoeft in dat geval niet bang te zijn dat u direct na de zitting gegijzeld wordt. Indien u niet op de zitting verschijnt, dan zal de kantonrechter de vordering tot gijzeling van de officier van justitie toewijzen en een machtiging tot gijzeling afgeven. Wanneer u niet aanwezig bent op de zitting kan de kantonrechter namelijk niet oordelen waarom u niet heeft betaald. De kantonrechter zal dan ook uitgaan van betalingsonwil in plaats van betalingsonmacht. Dit betekent dat de vordering tot gijzeling van de officier van justitie wordt toegewezen. Wanneer u gegijzeld wordt, betekent dit helaas geen vrijbrief voor kwijtschelding van de nog openstaande geldboete. U bent nog steeds verplicht om de openstaande geldboete te betalen.

DUUR VAN DE GIJZELING

De duur van de gijzeling wordt bepaald aan de hand van de hoogte van de nog openstaande boete van het CJIB. Dit is inclusief eventuele verhogingen die tussendoor hebben plaatsgevonden. Voor iedere € 50,- geldt 1 dag gijzeling, met een maximum van 7 dagen per boete. Heeft u meer dan één openstaande boete? Dan kan het aantal dagen behoorlijk oplopen. In alle gevallen mag de gijzeling in principe maximaal 15 dagen duren, echter houdt de officier van justitie zich hier niet altijd aan. De maximale duur van 15 dagen volgt uit de Aanbeveling van het Landelijk Overleg Coördinerend Kantonrechter (LOCK) en volgt eveneens uit een uitspraak van de rechtbank Den Haag van 28 maart 2014.